Wat is een diadeem?

Alexander met een diadeem met ramshoorns (Numismatisch museum, Athene)

Het nadeel van een blog die al bijna veertien jaar loopt, is dat je weleens in herhaling moet vervallen. Ik heb weleens eerder geblogd over diademen, die voornaamste tekens van koninklijke waardigheid in de Oudheid. Zo lepelde ik een keer de mooie anekdote op dat op een dag, toen Alexander de Grote een boottochtje maakte op de Eufraat, zijn diadeem afwaaide en in het moeras belandde, en dat Seleukos die zwemmend ophaalde, waarbij hij de haarband droog hield door die op zijn eigen kruin te plaatsen. Zijn koning beloonde hem én liet hem slaan omdat hij het koninklijk attribuut had gedragen – en achteraf bleek het een voorteken van Seleukos’ koninklijke macht.

Eerst even twee voorlopers. De beroemde wagenmenner van Delfi, een van de indrukwekkendste beelden uit de Oudheid, heeft een inderdaad een haarband; een praktisch ding als je in een vierspan moet racen. Het beroemde, rond 420 v.Chr. door de beeldhouwer Polykleitos vervaardigde beeld van de Diadoumenos toont een jonge atleet die zijn haar aan het binden is – de door Winckelmann gegeven naam is een beetje een misvatting. De diadeem werd pas meer dan een gewone haarband toen de Griekse alleenheersers van Syracuse gouden kransen rond hun hoofd begonnen te binden.

De exacte betekenis van deze diademen is onbekend, maar ze suggereren dat de dragers een soort bovenmenselijke status opeisten en het respect claimden dat ook aan de goden werd betoond. Deze uitleg wordt min of meer bevestigd door de eveneens door de Syracutaanse heersers gedragen Perzische gewaden, omdat in die tijd veel Grieken (ten onrechte) meenden dat de Perzische koning door zijn onderdanen werd beschouwd als god.

De Macedonische diademen

Soortgelijke diademen zijn bekend uit de koninklijke graven in Vergina (het antiek Aigai), waar de Macedonische koningen werden begraven. Het staat vast dat koning Filippos, de vader van Alexander, goddelijke eerbewijzen heeft gekregen. Hij werd zelfs isotheos genoemd, “godgelijk”. Dat is niet hetzelfde als “god”, maar het scheelt weinig.

Nadat Alexander zijn tegenstander Darius III Codomannus had verslagen, en mogelijk eerder, droeg hij een diadeem. Het lijkt erop dat hij, als zoon van de god Ammon, hoorns had bevestigd aan zijn diadeem, zoals ook is te zien op zijn munten (zie boven). Enkele jaren later verleende hij enkele vertrouwde hovelingen het recht om eveneens een diadeem te dragen.

Hellenistische diademen

Vanaf nu was de diadeem, waarvan de uiteinden op de schouders vielen, een geaccepteerd symbool van koninklijke macht. We weten dat de Diadochen (de opvolgers van Alexander) zich als koning beschouwden vanaf het moment in 306 v.Chr. dat ze de diadeem aanvaardden. Andere heersers kopieerden het symbool, hoewel niet iedereen. We weten dat koning Kassandros van Macedonië en de koningen van Sparta de diadeem niet droegen, en dat op Sicilië ook koning Agathokles van Syracuse de diadeem weigerde. Niettemin was het object nu een gebruikelijk symbool van koninklijke macht, zoals te zien op Seleukische en Parthische munten en Sassanidische rotsreliëfs.

Rotsreliëf met de investituur van de Sasanidische koning Ardašir, die van de god Ahuramazda een diadeem krijgt.

De Ptolemaïsche heersers, die een faraonische gewoonte voortzetten, droegen een uraeus-slang op hun diadeem, boven het voorhoofd. Vanaf Ptolemaios IV Filopator (r.222-204) werd de Egyptische diadeem bovendien versierd met zonnestralen, wat lijkt te verwijzen naar het oude geloof dat de koning de beschermeling was van de zonnegod Ra.

Ook in Judea was de diadeem bekend. We weten dat diverse messiaanse leiders zich tooiden met dit voorbeeld: Simon van Peraia en de herder Athronges bijvoorbeeld. De doornenkroon die de soldaten van Pontius Pilatus aan Jezus van Nazareth gaven, was een wrede parodie op de diadeem, al gebruiken de evangelisten niet het woord diadema maar stefanos, “krans”.

Ptolemaios IV (Koninklijke bibliotheek, Brussel)

Romeinse diademen, kransen en kronen

In de Romeinse Republiek, die rabiaat anti-koningschap was, was het dragen van een diadeem onacceptabel. Toen Marcus Antonius in februari 44 v.Chr. Julius Caesar een diadeem wilde ombinden, werd de bevolking boos, en de dictator beval het voorbeeld te wijden aan de oppergod Jupiter. Toen Marcus Antonius later, na zijn huwelijk met de Ptolemaïsche koningin Kleopatra VII, werd gezien met een diadeem, veroorzaakte het evenveel verontwaardiging.

Diademen werden ook daarna vrijwel nooit gebruikt. Een keizer presenteerde zich altijd als een gewone senator, en alleen op religieuze festivals droeg hij een lauwerkrans. Pas in de vierde eeuw, toen het keizerschap een wezenlijk ander karakter had gekregen, werden diademen met diamanten en parels symbolen van keizerlijke macht. Ze staan vanaf dan op verschillende goudstukken.

De IJzeren Kroon

Een allerlaatste voorbeeld is de beroemde IJzeren Kroon van de Langobarden: feitelijk een zilveren hoepel, bedekt met gouden platen die, net als de keizerlijke diadeem, waren versierd met diamanten en parels. De kronen van latere vorsten zijn deels hierdoor geïnspireerd, en deels door de Ptolemaïsche diadeem met zonnestralen.

#Achaimeniden #Agathokles #AlexanderDeGrote #Ammon #Athronges #DariusIIICodomannus #diadeem #Diadochen #Diadoumenos #FilipposII #IJzerenKroon #JuliusCaesar #Kassandros #KleopatraVIIFilopator #koningschap #Langobarden #MarcusAntonius #ParthischeRijk #PolykleitosVanSikyon #PtolemaïscheRijk #PtolemaiosIVFilopator #Ra #RomeinsKeizerschap #Sassaniden #SassanidischeRotsreliëfs #SeleukidischeRijk #SeleukosINikator #SimonVanPeraia #Syracuse

Diodoros van Sicilië

Kleio, de beschermgodin van de historische wetenschappen (Altes Museum, Berlijn).

Hé, dat is leuk: er is een Nederlandse vertaling verschenen van de Grieks-Romeinse geschiedschrijver Diodoros van Sicilië. Dit is om twee redenen fijn. Eén, Diodoros is geen auteur die al vaker vertaald is, zoals Homeros of de Griekse tragici. Classicus Gerard Janssen ontsluit een stukje Oudheid dat voor het publiek nog onontsloten was. Twee, het gaat niet om een tekst die alleen specialisten interesseert. Diodoros, die leefde toen Rome rond het midden van de eerste eeuw v.Chr. de Mediterrane wereld verenigde, biedt zijn lezers een alleszins boeiend verhaal over de geschiedenis van de gehele wereld.

De kwaliteit van Diodoros  boek is zo goed als zijn bronnen. Diodoros heeft veel oudere teksten gelezen en naverteld. Hij claimt geen originaliteit en noemde zijn werk dan ook De bibliotheek of, in de weergave van Janssen, Archief van de geschiedenis. Diodoros vat dus oudere bronnen samen en zijn selectie bewijst dat hij niet onverdeeld positief was over de Romeinse heerschappij. Hij zal nooit nalaten te wijzen op de wreedheid, roofzucht en verdorvenheid van de Romeinen. Als Siciliaan kon hij ervan meepraten.

Inhoud

Het Archief van de geschiedenis was, in Diodoros eigen woorden, “een enorme klus”, die bestond uit veertig boeken, waarvan 1-5 en 11-20 volledig bewaard zijn. De eerste vijf boeken gaan over de eerste beschavingen: Egypte, Assyrië, de Griekse heldentijd. Tot de geraadpleegde bronnen behoren Hekataios van Abdera, Ktesias, Megasthenes, Dionysios Skytobrachion (“met de leren arm”), Timaios en de Euhemeros over wie ik al vaker blogde. Dit is materiaal dat verder slecht is overgeleverd en daarom belangrijk is. Zo heeft de Nederlandse oudhistoricus Jan P. Stronk aan de hand van onder andere het door Diodoros overgeleverde materiaal, het halfvergeten oeuvre van Ktesias kunnen afstoffen (meer).

Diodoros boeken 11-15 zijn gebaseerd op Eforos van Kyme en behandelen de geschiedenis van het klassieke Griekenland. En wat is het heerlijk dat we nu eens niet het relaas van een Herodotos, een Thoukydides en een Xenofon te hebben, maar een doorlopend verhaal – het enige doorlopende verhaal! – van een andere auteur. De boeken 16-20 gaan over Filippos van Macedonië (opnieuw uniek materiaal), Alexander de Grote en de Diadochen. Eersteklas materiaal.

Diodoros onderbreekt dat verhaal met wat buiten Griekenland gebeurde. Het is immers wereldgeschiedenis. Helaas heeft hij de problemen van de Romeinse chronologie niet goed begrepen, want hij creëert het ene na het andere verkeerde synchronisme. Tegelijk is zijn magistratenlijst wel de beste die we hebben. Zijn beschrijving van de vroege Romeinse geschiedenis is dus waardevol om naast de standaardtekst, Livius, te leggen.

De tweede helft van het Archief van de geschiedenis vertelde het verhaal van het hellenisme en de opkomst van Rome. Nu werden geografisch verspreidde processen één proces. Er zijn fragmenten bekend uit Byzantijnse uittreksels. Wat ik zag van Diodoros’ verslag van de Eerste Punische Oorlog, was heel fragmentarisch maar niet elimineerbaar.

Beoordeling

De grote Altertumswissenschaftler van weleer, zoals Theodor Mommsen, hebben Diodoros bekritiseerd, die een onkritische uittrekselmaker zou zijn. Nu maakt de Siciliaan inderdaad wel vreemde fouten, maar toch is de kritiek niet helemaal terecht. De Siciliaan deed precies dat wat hij beoogde: een makkelijk toegankelijke wereldgeschiedenis vervaardigen. Een bibliotheek, een archief. En hij weet hoe hij een verhaal moet vertellen. Hij was een geschiedschrijver, geen geschiedvorser, en zeker geen historicus in de normale zin des woords. (De Oudheid heeft sowieso alleen met Appianus iemand voortgebracht die voldoende begreep van causaliteit.)

Niet dat Diodoros, schoongewassen van slecht gerichte kritiek, ineens de ideale geschiedschrijver is. Hij heeft een bovengemiddeld hoog professioneel zelfbeeld. Zo meent hij dat de geschiedschrijver, doordat hij eerdere ervaringen doorgeeft en mensen over deugden en rechtvaardigheid instrueert, een weldoener is voor de samenleving. Diodoros, die een vermogend man met een aanzienlijke bibliotheek moet zijn geweest, was zo bezien een gewone antieke aristocraat die zijn verantwoordelijkheid nam voor de gemeenschap. De jargonterm is évergetisme.

De vertaling

Ik ben geen classicus en wil over de kwaliteit van de vertaling niet méér zeggen dan dat ’ie vlot wegleest. Verder ben ik blij dat er beeldmateriaal is en wat annotatie. Dat verheldert een hoop. U denkt dat zulks logisch is, maar helaas is dat bij klassieke teksten niet altijd het geval. Ooit hadden we een Baskerville-reeks van te chique uitgegeven boeken zonder beeldmateriaal, waarvan je je afvroeg wat je er eigenlijk aan had. U leest een boek immers om geïnformeerd te worden, niet als lifestyle-attribuut. De door Janssen gemaakte vertaling is tenminste gericht op informeren.

Er is dus veel goeds te zeggen over het Archief van de geschiedenis. Inmiddels zijn twee boeken verschenen, samen de boeken 1 tot en met 5 plus de fragmenten van de boeken 6 tot en met 10. Die doen vooruitzien naar de klassieke geschiedenis.

Het grote publiek

Het is echter jammer dat Janssen op de door hem geserveerde taart spuugt door de twee verschenen delen af te ronden met appendices waarin hij uitlegt dat de Ilias en de Odyssee zich afspelen op de Atlantische Oceaan. Dit is klinkklare kwakgeschiedenis. Omdat ik dat al eens inhoudelijk heb uitgelegd, laat ik dat nu rusten.

Maar dus afgezien van de inhoudelijke onjuistheid: hoe maak je een boek voor het grote publiek, zoals een vertaling, als je weet dat je een sterk van de consensus afwijkende mening hebt? Als geschoold classicus weet Janssen hoe laag de drempel voor de peer review inmiddels ligt. Hij weet dus ook dat als een theorie nooit wetenschappelijk is gepubliceerd, ze echt heel omstreden moet zijn. En hij weet dat hij, door haar desondanks te verdedigen, een minderheidspositie inneemt. Wat te doen? Zijn oordeel verzwijgen is vanzelfsprekend niet integer. Het publiek verdient eerlijkheid. Maar het omgekeerde, wél spreken en het publiek een oordeel opdringen waarvan je weet dat het omstreden is, brengt het risico van misleiding met zich mee. In dit dilemma kiest Janssen voor het risico, maar dat is helemaal niet nodig.

De koninklijke weg in dit soort situaties is dat je je afwijkende mening benoemt, verwijst naar verdere literatuur, en verder de mainstream volgt. Een voorbeeld is het beroemde The Black Pharaohs van Robert Morkot, die een aanhanger is van een alternatieve IJzertijdchronologie (die overigens wél door de peer review is gekomen), maar in zijn boek de gangbare dateringen gebruikt. De ins en outs van een wetenschappelijk dispuut zijn bij eerstelijnsvoorlichting, zoals bij vertalingen, immers niet aan de orde. Voor methodische problemen hebben we de tweede lijn.

Dat gezegd hebbende: het is fijn dat we Diodoros erbij hebben in onze eigen mooie taal. Scheur de laatste bladzijden eruit, maak er papieren vliegtuigen van, en geniet van de rest.

#AlexanderDeGrote #antiekeGeschiedschrijving #évergetisme #chronologie #Diadochen #DiodorosVanSicilië #DionysiosSkytobrachion #EforosVanKyme #Euhemeros #FilipposII #GerardJanssen #HekataiosVanAbdera #HerodotosVanHalikarnassos #JanPStronk #Ktesias #kwakgeschiedenis #Megasthenes #RobertMorkot #TheodorMommsen #Thoukydides #TimaiosVanTauromenion #VarroniaanseChronologie #Xenofon

Het Ptolemaïsche Rijk

Ptolemaios I Soter (Nationale Bibliotheek, Brussel)

Zo te zien heb ik op deze blog al achtenentwintig keer verwezen naar de Ptolemaiën en heb ik achtentachtig keer het woord “Ptolemaïsch” gebruikt. En ik zal weleens hebben verteld dat dat de hellenistische dynastie was die heerste over onder andere Egypte, maar eigenlijk kan ik daar ook weleens systematisch over schrijven. Voilà.

Alexander

In de eerste weken van 332 v.Chr. bereikte de Macedonische koning Alexander de Grote Egypte. Het lijkt een beetje vakantie te zijn geweest, want militair viel er weinig te doen. Het garnizoen dat de Perzen in Egypte hadden, was anderhalf jaar eerder uitgerukt om Alexander tegen te houden, maar ten onder gegaan in de slag bij Issos. Er waren nog altijd Perzische troepen in het land van de Nijl, maar die vormden geen bedreiging voor Macedonië of Griekenland. Alexander zou, na de inname van Tyrus en Gaza, hebben kunnen oprukken naar Mesopotamië. Maar Egypte was een land vol wonderen en had voor elke geletterde Griek of Macedoniër een zekere aantrekkingskracht.

Een offerende Ptolemaïsche koning (Louvre, Parijs)

En dus ging Alexander naar Egypte. Hij stelde een gouverneur aan, vereerde de Apis, bezocht het afgelegen orakel van Ammon in Siwa en herorganiseerde een paar dorpjes aan de westelijke mondig van de Nijl: Alexandrië. En toen was het weer tijd om te gaan.

Ptolemaios

Alexander overleed op 11 juni 323 v.Chr. in Babylon, en zijn officieren verdeelden het wereldrijk. Al hielden ze de schijn op dat het een eenheid was. Perdikkas gold als regent van Alexanders zwakbegaafde broer en opvolger, Filippos Arridaios. Een van de officieren, Ptolemaios, begon zich echter steeds onafhankelijker te gedragen en provoceerde de anderen door het stoffelijk overschot van Alexander, dat naar Macedonië werd getransporteerd, te laten roven. Perdikkas kon niet anders dan de oorlog verklaren, maar toen hij in 320 arriveerde, werd hij verslagen en vermoord.

De gebeurtenis markeert het begin van de onafhankelijkheid van Egypte onder een nieuwe dynastie, die van de Ptolemaiën. In 306 v.Chr. liet Ptolemaios zich kronen volgens het oud-Egyptische ritueel. Een Egyptenaar herkende hem nu als de god op aarde die de gehele mensheid vertegenwoordigde vis-à-vis de grote kosmische goden. Een Macedoniër of Griek herkende het idee van de kosmokrator, “wereldheerser”, een van de titels van Alexander.

Arsinoë II (Metropolitan Museum, New York)

In deze jaren breidde Ptolemaios ook zijn macht gestaag uit. Naar het westen, naar Cyrenaica; naar het noordwesten, richting Griekenland; naar noorden, naar Cyprus; en naar het noordoosten, naar het huidige Israël en Libanon. Later zou Ptolemaios’ zoon Ptolemaios II Filadelfos nog het gebied tussen het Eerste en het Tweede Cataract toevoegen. Deze uitbreidingen betroffen precies die gebieden waar een leger zich zou kunnen verzamelen voor een aanval op Egypte. Een soort voorwaartse verdediging dus.

De Ptolemaiën

De veertien koningen van deze dynastie heetten allemaal Ptolemaios. Men onderscheidde ze met hun bijnamen, zoals Soter (redder”), Euergetes (“weldoener”) of Auletes (“fluitspeler”). Moderne historici nummeren ze van I tot en met XV.noot Ptolemaios VII heeft nooit geregeerd. Een voor de oude wereld opmerkelijke kant van deze Ptolemaïsche monarchie was dat vrouwen een prominente rol konden spelen. Er waren zeven koninginnen genaamd Kleopatra, vier Berenikes en evenveel Arsinoës. Zij regeerden voor minderjarige zonen of broers. Dit was redelijk uniek in de Oudheid.

Een papyrus uit het archief van Zenon, een hoge Ptolemaïsche ambtenaar (Nationaal archeologisch museum, Athene)

Een ander intrigerend aspect was de bereidheid van de Ptolemaiën, vooral de wat latere, om zich te presenteren als Egyptische farao’s. Dit was minder uniek. Ook de Seleukiden in de Aziatische delen van het voormalige Alexanderrijk presenteerden zich regelmatig als bijvoorbeeld de koning van Babylonië.

Een rode draad in het buitenlandse beleid is de strijd om “Hol Syrië”, d.w.z. het Aziatische deel van het Ptolemaïsche Rijk. Daarop maakten ook de Seleukiden namelijk aanspraak. Tijdens de “Syrische Oorlogen” moesten beide partijen hun middelen herorganiseren. Dit lijkt wel wat op het Europese staatsvormingsproces in de Nieuwe Tijd.

Maquette van de Vuurtoren van Alexandrië (Dieter Cöllen)

Crisis

In de derde eeuw was het Ptolemaïsche Rijk oppermachtig. De multi-etnische hoofdstad Alexandrië was een cultureel centrum zonder weerga, met de beroemde bibliotheek en vuurtoren, een bloeiend literair leven, innovatieve architectuur en talloze grote wetenschappers.

Tegen het einde van die eeuw werden echter Egyptische soldaten opgenomen in het leger, dat voordien had bestaan uit Griekse huurlingen en soldaten van Macedonische afkomst. De geschiedschrijver Polybios meende dat de Egyptische troepen het begin van het einde vormden. Dat is vermoedelijk een schoolvoorbeeld van de redenatiefout die bekendstaat als post hoc ergo propter hoc, want er is geen mogelijkheid de emancipatie van de Egyptische bevolking te zien als oorzaak van het verval in de tweede eeuw.

Een mummie-kartonnage uit de Ptolemaïsche tijd (Archeologisch Museum, Zagreb)

Maar het verval was er. Na de dood van Ptolemaios IV Filopator in 204 was zijn zoon Ptolemaios V Epifanes nog te jong om te regeren. Bovendien werd zijn moeder Arsinoë III vermoord. Tijdens deze crisis besloten de Seleukidische koning Antiochos III de Grote en de Antigonidische koning Filippos V van Macedonië het Ptolemaïsche Rijk aan te vallen en de buit te verdelen. Toen in 195 een vredesverdrag tot stand kwam, had Egypte Hol Syrië en alle overzeese bezittingen verloren, behalve Cyprus. In de daaropvolgende jaren waren er verschillende opstanden in Egypte.

In 169 en 168 viel de Seleukidische koning Antiochus IV Epifanes Egypte binnen. Hij veroverde de Delta en belegerde Alexandrië. De Romeinen kwamen echter tussenbeide en dwongen hem terug te keren. Vanaf nu was het Ptolemaïsche Rijk feitelijk een Romeins protectoraat.

Het odeon van Alexandrië

Het einde

De eerste Romeinse plannen om Egypte te annexeren dateren uit de jaren 140, maar het fameus welvarende koninkrijk was een te grote prijs om door één man te worden bemachtigd. Zo’n veroveraar zou het Romeinse staatsbestel destabiliseren.

Egypte werd dus met rust gelaten tot 47 v.Chr., totdat Julius Caesar – die op dat moment alle andere senatoren al had verslagen – aankwam in Egypte. Na de Alexandrijnse Oorlog, waarover ik al heb geblogd, benoemde hij Kleopatra VII en haar twaalfjarige broer Ptolemaios XIV tot heersers. Zeventien jaar later dreef Caesars adoptiefzoon Octavianus Kleopatra tot zelfmoord. Haar zoon Ptolemaios XV werd vermoord en het Ptolemaiënrijk werd een provincie van het Romeinse keizerrijk. Pas negen eeuwen eeuwen later zou Egypte zijn onafhankelijkheid herwinnen.

Deze blog, die u ook via het Whatsapp-kanaal kunt volgen, is niet mijn enige activiteit. Ik bied ook cursussen aan.

Zelfde tijdvak


Alexander de Grote bij Halikarnassos (1)

april 9, 2025
De synagoge

april 28, 2024
M2 | Filippos II van Macedonië

november 3, 2023 Deel dit:

#AlexanderDeGrote #Alexandrië #AlexandrijnseOorlog #Antigoniden #AntiochosIIIDeGrote #AntiochosIVEpifanes #ArsinoëIII #bibliotheekVanAlexandrië #Diadochen #EersteCataract #FilipposIIIArridaios #FilipposV #Gaza #HolSyrië #huurlingen #JuliusCaesar #KleopatraVIIFilopator #Nijl #Octavianus #Perdikkas #Polybios #PtolemaïscheRijk #PtolemaiosISoter #PtolemaiosIIFiladelfos #PtolemaiosIVFilopator #PtolemaiosVEpifanes #PtolemaiosXIV #PtolemaiosXVCaesarion #SeleukidischeRijk #SyrischeOorlogen #TweedeCataract #VuurtorenVanAlexandrië #Zenonpapyri